Nederland is een handelsland. Van oudsher kunnen we rekenen op de Rotterdamse haven en Schiphol als belangrijke ‘mainports’. Een mainport is een internationaal logistiek knooppunt met een belangrijke economische functie voor ons land. We hadden dus al Schiphol en Rotterdam, in 2015 kwam daar nog een derde mainport bij: onze digitale infrastructuur.
Naast goederen en personen stroomt er dus ook data door ons land. Veel data. Naarmate we verder digitaliseren en ons datagebruik toeneemt, wordt ook deze mainport steeds beter zichtbaar. Datacenters nemen namelijk ruimte in en gebruiken grote hoeveelheden stroom. Ze zijn letterlijk de plek waar de digitale en fysieke wereld elkaar tegenkomen. En dat schuurt soms.
Een greep uit de actualiteit van de afgelopen tijd: netbeheerders waarschuwen voor een gebrek aan capaciteit op het stroomnetwerk, buurtbewoners verzetten zich tegen de komst van nieuwe datacenters en er is ophef over datacenters die grootschalig lokale duurzame energie inkopen. Dat laatste was zelfs aanleiding voor een item bij Zondag met Lubach.
Bij NLdigital staat het energieverbruik van datacenters al heel lang op de agenda. De afgelopen jaren hebben we in een collectief van telecompartijen, ICT-dienstverleners en datacenters gezamenlijk ruim 7 petajoule aan energiebesparende maatregelen kunnen nemen. Om dat wat tastbaarder te maken: 7 petajoule is genoeg om 100.000 huishoudens een jaar lang van energie te voorzien. We werken nu aan nieuwe plannen voor de periode tot 2030. Onze ambitie is om als sector in 2030 klimaatneutraal te zijn.
Dat is een flinke ambitie. Zeker omdat het dataverbruik nog steeds explosief stijgt en we de komende tien jaar dus een flinke groei van datacenters kunnen verwachten. Wat we nodig hebben is verdere samenwerking én nieuwe technologische doorbraken in energie-efficiency. Tot slot moeten we zorgen dat het aanbod aan duurzame energie snel opschaalt om in de behoefte van onze sector – en alle andere sectoren – te kunnen voorzien.
Dat laatste hebben we niet zelf in de hand. Nederland loopt binnen Europa flink achter in het vergroten van het aanbod van duurzame energie. Ik vind het dus een positieve ontwikkeling dat bedrijven, samen met energieleveranciers, investeren in nieuwe windparken en andere duurzame bronnen om het aanbod te vergroten. Dat ze vervolgens een groot deel van die energie zelf weer afnemen is niet meer dan logisch. Natuurlijk is er ook duurzame energie nodig voor huishoudens en andere bedrijven, maar het is een misverstand dat het ene altijd ten koste gaat van het andere.
Om te beginnen concentreren datacenters op een efficiënte manier energieverbruik dat daarvoor verspreid was over tal van losse bedrijven. Daarnaast zijn datacenters onmisbaar voor tal van IT-toepassingen die in andere sectoren energiebesparing mogelijk maken. Tot slot leveren datacenters op verschillende plekken ook energie terug in de vorm van restwarmte en kan de noodstroom een rol spelen bij het balanceren van het net.
Zo zijn datacenters in mijn ogen een onmisbaar onderdeel van het slimme, duurzame energienetwerk van de toekomst. Laten we dus het totaalplaatje niet uit het oog verliezen en ervoor zorgen dat de derde mainport ook de meest duurzame is!
[Dit artikel is eerder gepubliceerd in ChannelConnect 7 – 2020]