De SaaS-markt heeft in het eerste kwartaal wereldwijd 23 miljard dollar opgeleverd, en dat cijfer zal dit kwartaal de 100 miljard passeren, zo laat data van marktonderzoeker Synergy zien.
Ieder jaar groeit de markt voor Software-as-a-Service met bijna 30 procent. Microsoft heeft onderhand een marktaandeel van 17 procent, en blijft die voorsprong volgens Synergy uitbouwen. Reden is de dominantie van het concern in de markt voor collaboratie-oplossingen.

Microsoft loopt uit

De groei neemt bij Microsoft wel iets af door de enorme omvang van het aandeel dat het bedrijf al heeft. Maar met 34 procent per jaar erbij ligt het nog steeds ruim boven de gemiddelde groei in de markt.
Door de CRM-markt ligt Salesforce op de tweede plaats als het gaat om omzet uit SaaS-oplossingen. Adobe, SAP en Oracle volgen, waarbij SAP de snelste groeier van die drie is.
Volgens Synergy is de SaaS-markt volwassen. Toch maken de uitgaven in SaaS slechts 20 procent uit van de totale uitgaven in software wereldwijd. Er blijft dus nog jaren ruimte voor groei. SaaS is nog wel duidelijk een grotere markt dan de andere cloudmodellen (IaaS en PaaS), en dat blijft zo tot 2023.

“SaaS-leveranciers zijn in drie kampen te verdelen: traditionele leveranciers van enterprise software, relatief nieuwe born-in-the-cloud-spelers en grote ICT-leverancier die willen uitbreiden in de markten voor software”, zegt John Dinsdal, Chief Analyst bij Synergy Research Group. “In het eerste kamp heb je bedrijven als Microsoft, SAP, Oracle en IBM met een groot bestand van on-premise klanten die ze kunnen bekeren tot het SaaS-gebaseerde consumptiemodel. Born-in-the-Cloud zijn onder meer Workday, Zendesk, ServiceNow, Atlassian en Splunk, en zij groeien veel harder. Google en Cisco laten zich ondertussen gelden in de SaaSmarkt, Met Google’s G Suite en Cisco’s acquisities van meerdere leveranciers van apps en software. Er komt een consolidatie aan, met de op handen zijnde acquisitie van Tableau Software door Salesforce als belangrijkste voorbeeld. Maar er blijven kansen voor nieuwe spelers in deze markt.”

Rittal heeft een samenwerkingsverband gesloten met Atos en Siemens voor het ontwikkelen van intelligente Edge Data Center-systemen. De bedrijven willen daarmee Smart Industries, Smart Cities, Smart Retail, energie- en nutsbedrijven en de publieke sector bedienen.

Het Intelligent Edge Data Center (IEDC) is een configureerbare datacenteroplossing waarmee ondernemingen IoT-gegevens in real time kunnen verwerken. De oplossing gebruikt onder meer MindSphere, het cloudgebaseerde IoT-systeem van Siemens, en Codex Cloud Industrial Supervision (CIS) van Atos. Met de oplossing kunnen ondernemingen dataverwerking- en analyse verbeteren.

De infrastructuur is ontwikkeld door Rittal en ontworpen als een Edge Data Center. Hierdoor kunnen IoT-gegevens realtime worden verwerkt. Dat zorgt voor een snelle analyse van gegevensstromen en betere automatiseringsprocessen. IEDC is verkrijgbaar in verschillende vermogensklassen, van wandmontage-koelaggregaat of IT-rack tot aan een krachtige en schaalbare Data Center Container.

IEDC is geschikt voor ondernemingen die grote hoeveelheden data realtime willen verwerken, bijvoorbeeld in geavanceerde productieomgevingen (‘Industrie 4.0’). Rittal denkt ook aan branches zoals gedigitaliseerde detailhandel (Smart Retail), gedigitaliseerde gezondheidszorg (Smart Healthcare), Smart Cities en de opbouw van het mobiele 5G-netwerk. In het laatste geval kan een IEDC de gegevens direct bij de zendmast voor mobiele communicatie verwerken.

De Nederlandse overheid en het bedrijfsleven gaan helpen om een Europees keurmerk voor veilige clouddiensten te creëren.

Het certificeringsschema waarborgt dat aangesloten aanbieders aan de Europese digitale veiligheidseisen voldoen. Dit geeft gebruikers zekerheid over de veiligheid van de clouddienst en hun data.

Het keurmerk moet Europees breed zijn omdat het dan gemakkelijker wordt om binnen de EU verschillende aanbieders met elkaar te vergelijken. Het is nog niet bekend wanneer het Europees keurmerk voor veilig clouddiensten klaar moet zijn.

Het keurmerk vloeit voort uit bredere Europese wetgeving voor cybersecurity certificering van ICT-producten en -diensten.

Deelnemen

Nederland werkt aan het initiatief mee via de publiek-private samenwerking Partnering Trust. Verder spelen Duitsland en Oostenrijk ook een belangrijke rol bij de aanzet tot invulling van het keurmerk, meldt ECP Nederland.

Het Europese Agentschap voor Netwerk- en Informatiebeveiliging (ENISA) zal het voorstel van de werkgroep nu verder uitwerken in een Europees certificeringsschema onder de Cyber Security Act. Deze Europese verordening voor cybersecurity certificering van ICT-producten, -diensten en -processen wordt eind juni van kracht.

NFON heeft donderdag zijn eerste shop-in-shop in Nederland geopend bij Masco Kantoorefficiency in Amersfoort. NFON versterkt hiermee naar eigen zeggen zijn zichtbaarheid in de Nederlandse markt voor zakelijk cloudtelefonie.

Masco biedt klanten met de NFON-winkel nu een full service ervaring voor een volledig ingerichte kantooromgeving.

Partnermanager Leon Blank (in het midden op de foto met schaar) is vanzelfsprekend erg trots op de stap die het bedrijf heeft gemaakt. “Met een kantoor op deze centrale locatie in Nederland kan iedereen nu zelf de nieuwe vrijheid ervaren van zakelijke communicatie”, aldus Blank.

Bron: NFON

 

 

De TU Eindhoven richt een Social Robotics Lab op om onderzoek te doen naar het gebruik van robots in ons dagelijks leven. Het lab, een samenwerking van de faculteiten Industrial Design en Industrial Engineering & Innovation Sciences,  gaat vandaag van start met een symposium. 

De verwachting is dat robots komende jaren steeds vaker opduiken. Niet alleen in fabrieken en magazijnen, maar ook op luchthavens, scholen en in de zorg. Dat roept vragen op: hoe zorgen we ervoor dat robots ons begrijpen en wij hen? Het lab wil onderzoek doen naar die vragen.

Het lab richt zich met name op sociale robots. Dit zijn robots die kunnen samenwerken met elkaar en met mensen. Ze zijn slim genoeg om te voorspellen wat andere robots en mensen van plan zijn en kunnen hun gedrag hierop aanpassen. Een voorbeeld is de zelfstandig rijdende auto die doorheeft dat hij moet stoppen als hij een voetganger voor een zebrapad ziet staan. Denk ook aan een schoonmaakrobot op een vliegveld die tijdig opzij gaat als mensen tegen hem dreigen op te botsen. Dit werkt ook andersom. Als mensen aanvoelen wat de robot van plan is, kunnen ze daar rekening mee houden.

Volgens oprichters Raymond Cuijpers en Emilia Barakova zorgen snelle ontwikkelingen rond kunstmatige intelligentie voor functioneel vaardige robots, maar de sociale intelligentie blijft nog achter. Het Social Robotics Lab moet daar een bijdrage aan leveren. Tijdens het symposium ‘The Future of Social Robotics’ dat vandaag wordt georganiseerd door de TU Eindhoven zullen diverse sprekers ingaan op actuele ontwikkelingen. Gastsprekers zijn onder meer Maarten Steinbuch (TU/e), Tony Belpaeme (Gent University) en Jim Tørresen (University of Oslo).

Netbeheerder Liander heeft bijna 430.000 slimme meters van een softwareupdate voorzien. De meters beschikken voortaan over een signaleringssysteem om stroomstoringen sneller op te lossen. 

Dankzij het nieuwe systeem is Liander minder afhankelijk van klanten die bellen om een storing te melden. Netbeheerders plaatsen al een aantal jaar slimme meters bij consumenten. Liander heeft 429.500 slimme meters geplaatst die voorzien kunnen worden van een signaleringsfunctie. De meter stuurt een signaal naar Liander bij een stroomstoring.

Als meerdere slimme meters het signaal doorgeven licht een alarm bij de netbeheerder op. Ter controle ‘pingt’ Liander de slimme meters door een signaal naar ze te sturen. Als de meters hier niet op reageren is sprake van een laagspanningsstoring in de wijk. Liander stuurt dan direct een monteur op pad en publiceert de storing op zijn website en Twitter.

Op 2 maart kwam het signaleringssysteem voor het eerst in actie bij een stroomstoring in Ede. Om daarna nog 65 keer dienst te doen. De eerste ervaringen laten zien dat storingen tot 20 minuten sneller opgelost kunnen worden. In een aantal situaties was de storing zelfs al opgelost toen klanten erover belden. Met het signaleringssysteem is Liander veel minder afhankelijk van klanten die bellen om stroomstoringen door te geven.

Het signaleringssysteem draagt ook bij aan een veilige situatie. Recent was er een storingsmelding door een slimme meter voor openbare verlichting op een drukke provinciale weg. Hierdoor kon Liander de storing overdag al oplossen, zodat weggebruikers ’s avonds weer op een goed verlichte weg konden rijden.

Klanten hoeven niets te doen om de slimme meter te updaten. Dat doen de fabrikanten. Er zijn een aantal type slimme meters die geüpdatet kunnen worden: de Landis+Gyr SMR 4 en 5 en de Iskra SMR 5. Eind 2020 verwacht Liander dat 918.500 slimme meters zijn geüpdatet met de signaleringsfunctie. Dat is ruim 20 procent van alles slimme meters in het gebied van Liander. Nieuwe meters van Landis+Gyr en Iskra worden altijd met de signaleringsfunctie geïnstalleerd.

Door onderhoudsplanning te baseren op daadwerkelijk gebruik kunnen gebouwbeheerders zeker 20 procent besparen op de jaarlijkse onderhoudskosten van liften. Dat zeggen IoT-specialisten van Liftinsight en Delmation.

Beide bedrijven hebben jarenlang ervaring met liften. Liftinsight levert software en Delmation sensoren. Door de bloeiende woningmarkt stijgt de vraag naar liften. Om zoveel mogelijk mensen in steden te huisvesten is er sprake van steeds meer hoogbouw. Daarin zijn liften een noodzakelijk onderdeel.

Door liften te voorzien van sensortechnologie kan een onderhoudsbedrijf de onderhoudsplanning baseren op daadwerkelijk gebruik. Ook het vervangen van componenten en liftinstallaties kan beter worden gepland. Dat moet een einde maken aan nodeloze onderhoudsbezoeken.

De oplossing van Liftinsight en Delmation zou ook het aantal storingen omlaag moeten brengen waardoor monteurs minder in de file staan. Volgens de bedrijven kan de IoT-oplossing in elke lift worden toegepast, ongeacht leeftijd, merk en type.

Arrow Electronics komt met een moderniseringsinitiatief waarmee het kanaal zijn klanten kan helpen met het naar de cloud uitbreiden van hun datacenterinfrastructuren en dienstverlening.

Met het nieuwe aanbod kunnen klanten volgens de distributeur een betere technologie- en diensteneconomie rond datacenteroplossingen bouwen en voldoen aan de behoeften van enterprises naar hoge flexibiliteit en schaalbaarheid, betrouwbare diensten, veilige infrastructuren die compliant zijn, en de mogelijkheid om nieuwe innovaties makkelijk toe te voegen, zodra ze beschikbaar zijn.

Analyse
Volgens Arrow blijkt dat value-added resellers en managed serviceproviders behoefte hebben aan de volgende zaken:

• Ondersteuning bij het bepalen van de strategie en marktpositionering.
• Financiering en premium ondersteuningsdiensten.
• Toegang tot toonaangevende cloudleveranciers en datacenterspecialisten van Arrow die helpen de migratie procesmatig en gefaseerd te plannen om potentiële risico’s te minimaliseren.
• Uitbreiding van het aantal diensten en het verminderen van zowel de time-to-deployment als de onderhoudskosten.
• De mogelijkheid om nieuwe klanten naar de cloud te migreren, software en hardware te vernieuwen wanneer dat nodig is, en snel te reageren op de behoefte aan capaciteit.
• Onafhankelijkheid van legacy hardware.
• Een optie om weer terug te vallen op bestaande infrastructuurapparatuur en waarde van verouderde of afgeschreven assets te terug te winnen.

De cloudoplossingen van Arrow zijn initieel gebouwd op Microsoft Azure, maar het bedrijf staat naar eigen zeggen open voor samenwerking met andere cloudleveranciers.

“Met dit initiatief kan de channel-community zijn bedrijfsvoering transformeren door value-added oplossingen en diensten naar het hart van de IT-wereld te brengen: het datacenter”, zegt Alexis Brabant, vice president sales van Arrow’s enterprise computing solutions business. “Naarmate multicloud groeit, kunnen resellers en eindklanten profiteren van meer flexibele en veilige, datagedreven modellen en de mogelijkheid om optimaal voordeel uit de cloud te halen.”

Automatiseringsplatform Resello heeft de integratie met Autotask aangekondigd. Deze stelt Resello partners instaat om Autotask te gebruiken als hun beheerplatform voor hun IT-business en het Resello automatiseringsplatform voor het uitleveren en beheren van clouddiensten zoals Office 365 en Azure.

Facturatie

Partners kunnen met de integratie met Autotask klantdata synchroniseren tussen het Resello automatiseringsplatform en Autotask. Daarnaast kunnen partners die Autotask gebruiken voor het beheer van hun IT business factuurdata vanuit Resello naar Autotask sturen, zodat ze Autotask kunnen gebruiken voor klantenfacturatie over clouddiensten die uitgeleverd zijn via Resello.

“Het automatiseringsplatform van Resello is altijd al open geweest en gemakkelijk om mee te integreren”, zegt Harald Nuij, CCO bij Resello. “Partners kunnen onze API gebruiken om hun business te integreren met het automatiseringsplatform. We ontwikkelen ook integraties met andere platformen, op basis van waar de behoeftes van onze klanten liggen. Zo hebben we vorig jaar bijvoorbeeld meerdere modules ontwikkeld voor het WHMCS platform, inmiddels worden die door enthousiast gebruikt door onze partners. De laatste maanden kregen we steeds meer vragen vanuit onze partners naar een integratie met Autotask, vandaar dat we enthousiast zijn dat we vandaag de integratie daarmee aan kunnen kondigen.

“Ons eigen development-team zal de integratie met Autotask verder door blijven ontwikkelen op basis van de feedback van onze partners. We werken ook aan integraties met andere platformen. Daarover gaan we binnenkort meer bekendmaken.”

Branchevereniging Nederland ICT gaat verder onder de naam NLdigital. Het besluit hiervoor werd eerder dit jaar genomen door het bestuur en vandaag bekend gemaakt tijdens de algemene ledenvergadering. Op 1 oktober gaat de vereniging over op de nieuwe naam.

“Onze leden vormen de kern van de digitale transformatie,” zegt Ernst-Jan Stigter, voorzitter van Nederland ICT. “We zijn een heel diverse sector, en wat ons verbindt is de overtuiging dat digitalisering Nederland beter zal maken. We zien bovendien dat er naast het ontwikkelen van techniek steeds meer aandacht is voor de toepassing ervan. De transformatie van ICT naar digitaal. Bedrijven herkenden zich niet meer in onze oude naam. Onze nieuwe naam sluit juist goed aan bij deze verschuiving én draagt uit dat we als Nederlandse digitale sector onderdeel zijn van een grote wereldwijde beweging.”

Het volledige digitale ecosysteem onder één dak

De naamsverandering is onderdeel van een ingrijpender transformatie binnen Nederland ICT, waarbij de branchevereniging een nog krachtiger collectief moet worden. In 2018 kwamen er meer dan 100 nieuwe leden bij, en een half jaar geleden betrok het bureau een nieuw kantoor aan de A2 in Breukelen.
“De vereniging is dus volop in ontwikkeling en we hebben flinke ambities voor de komende jaren,” zegt directeur Lotte de Bruijn. “De kracht van NLdigital als collectief is dat we het hele digitale ecosysteem vertegenwoordigen. Ons nieuwe clubhuis in Breukelen wordt dé plek waar bedrijven elkaar kunnen ontmoeten.”

Meer transparantie over technologie

De nieuwe naam sluit beter aan bij de ambitie van de vereniging om meer verbinding te zoeken met politiek en maatschappij. De Bruijn: “We horen regelmatig van leden dat ze zich zorgen maken over de kloof tussen de digitale sector en de maatschappij. Succesvolle digitalisering betekent dat iedereen mee moet kunnen doen. We moeten over de hele linie investeren in beter onderwijs en meer digitale vaardigheden. Maar we moeten als sector ook meer ons best doen om af te rekenen met onnodig jargon en overdreven hypes. We moeten transparanter zijn over onze technologie en beter uitleggen wat je er mee kunt en wat daar voor nodig is.”

Professionele differentiatie

Het nieuwe NLdigital gaat zich inzetten om haar leden meer te laten profiteren van het netwerk en om de business van haar leden te vergroten. Ook gaat het collectief zich meer richten op het professionaliseren van de sector. “Het wordt steeds belangrijker voor bedrijven om zich te onderscheiden als professionele partij. Wij kunnen hen daar bij helpen.” zegt De Bruijn. “Zo hebben we bijvoorbeeld Data Pro ontwikkeld: onze AVG-gedragscode met bijbehorende certificering. Ook kwamen we in maart met de Ethische Code AI, die we als eerste branchevereniging in Europa publiceerden.”

Moderne, nieuwe uitstraling

Met de nieuwe naam krijgt de vereniging ook een nieuwe uitstraling. “Het nieuwe logo van NLdigital staat symbool voor de kracht van het netwerk,” zegt De Bruijn. “In de eerste plaats zijn wij zelf een krachtig netwerk dat digitaal Nederland verbindt. Het netwerk heeft de vorm van Nederland omdat we geloven dat digitalisering ons land beter kan maken. Daarbij houden we een open lijn naar het buitenland, omdat de digitale sector niet ophoudt bij landsgrenzen. En voor de liefhebber: de underscore onder de d in de naam is een knipoog naar de knipperende cursor in interfaces.”

Meer informatie: www.nederlandict.nl